Soutien à Klejdis, Kejda et Sara KADRIJA et à leurs parents.

Nederlands - Français - Shqip (see below)

Geachte heren,

Dankzij de pers hebben we op 12 januari vernomen dat familie Kadrija werd gearresteerd en in een terugkeerhuis geplaatst. Deze familie woont al 8 jaar in België. Hun drie kinderen, Klejdis (11 jaar), Kejda (9 jaan) en Sara (3 jaar), volgden les in een school in Oudenaarde. Ze zijn natuurlijk Nederlandstalig en hebben talrijke vrienden in hun school. Hun ouders hadden een beroep aangetekend tegen de negatieve beslissing m.b.t. hun asielaanvraag. Volgens de pers was deze procedure nog hangend, daar de beslissing in beroep nog niet uitgesproken is. Momenteel kunnen dan deze kinderen slechts dankzij welwillende geburen naar hun school gaan die voortaan 70 kilometer ver van hun tijdelijk verblijf gelegen is.

Als Belgische burgers stellen we met veel bezorgdheid vast dat families die al jaren lang in ons land wonen, die geïntegreerd zijn en kinderen hebben die de taal perfect spreken, ineens riskeren uitgewezen te worden. Het schijnt weliswaar dat uw beleid zich op een strikte toepassing van de wet baseert en we kunnen dus alleen maar hopen dat de administratie rekening houdt met het parcours en de inburgering van deze familie om zodoende deze dwingende administratieve beslissingen te temperen. Hoe kunnen jullie nochtans rechtvaardigen dat families in een terugkeercentrum terechtkomen terwijl de gerechtelijke uitspraak nog niet geveld is? Deze radicale beslissing heeft tot gevolg dat de familie ver van haar leefomgeving terechtkomt en in het bijzonder ver van de school van de kinderen wat hun dagelijks leven alleen maar moeilijker en moeizamer maakt. Daarenboven kosten deze maatregelen geld omdat deze families in een terugkeercentrum verblijven terwijl ze gewoon thuis konden blijven wonen. Daar ze geen gevaar voor de maatschappij vormen, hoe rechtvaardigen jullie het feit dat deze families opgesloten of verplaatst worden?

Zoals jullie het zeker weten, zijn de kinderen hier geboren en hebben altijd les gevolgd in een dichtbij gelegen school. Voor de leerkrachten en hun schoolvrienden zijn ze dus volwaardige leerlingen en maken volledig deel uit van de school- en leefgemeenschap wat trouwens hun geburen, vrienden en verwanten kunnen bevestigen. Waarom dan het schooljaar van deze kinderen - dat intussen sinds meer dan een trimester is begonnen - zo manu militari te stoppen? Bij negatieve beslissing is het toch niet mogelijk om oplossingen te vinden zodat deze kinderen hun schooljaar kunnen afmaken? Jullie werden al daarover geïnterpelleerd door de directie van het katholiek onderwijs, dat eveneens zijn bezorgdheid uitdrukt over deze uitwijzingsprocedures van kinderen middenin het schooljaar, en dit zonder dat de scholen zelf voorafgaand worden ingelicht.

Rekening houdend met deze elementen vragen wij jullie:

• met betrekking tot familie Kadrija : rekening te houden met het aantal jaren in België samen met hun kinderen, met hun inburgering in de leefgemeenschap en met de taalkennis van hun kinderen om hun asielaanvraag (opnieuw) te onderzoeken vanuit een menselijk en positief oogpunt;
  
• met betrekking tot uitwijzingen van minderjarige asielaanvragers : het Verdrag inzake de Rechten van het Kind strikt na te leven; dat Verdrag werd trouwens door België bekrachtigd en jullie zijn precies officiële vertegenwoordigers van het Koninkrijk België, en minderjarige asielaanvragers welke de beslissing van hun asielaanvraag ook moge zijn, toe te laten hun schooljaar in België af te makenen op zijn minst samen te werken met de betrokken school en onderwijsomgeving om alle maatregelen te treffen om het eventuele einde van hun verblijf in België te organiseren en te temperen.
  

 Bij voorbaat dank voor jullie aandacht.

 Messieurs,

Nous avons appris dans la presse, le 12 janvier, l’arrestation et le placement en maison de transit de la famille Kadrija. Cette famille se trouve en Belgique depuis 8 ans. Leurs trois enfants, Klejdis (11 ans), Kejda (9 ans) et Sara (3 ans), fréquentaient une école de Oudenaarde. Ils sont bien entendu néerlandophones et comptent de nombreux amis dans leur établissement scolaire. Leurs parents avaient introduit un appel à la décision négative de leur demande d’asile, dont la procédure était, d’après la presse, toujours en cours, puisque la décision de l’appel n’avait pas encore été prononcée. A l’heure actuelle, ce n’est que grâce à la volonté de voisins qu’ils peuvent continuer à fréquenter leur école, éloignée désormais de 70 kilomètres de leur logement provisoire.

Nous nous inquiétons en tant que citoyens belges de constater que des familles installées depuis de nombreuses années dans notre pays, intégrées et dont les enfants parlent parfaitement la langue, se retrouver sous la menace d’expulsion du jour au lendemain. Il semble cependant que votre politique se base sur une application stricte de la loi et nous ne pouvons dès los qu’espérer que l’administration tienne compte du parcours et de l’intégration de la famille et parvienne à adoucir ces décisions administratives et péremptoires. Néanmoins, comment justifiez-vous que des familles se retrouvent en centre de transit alors même que la décision de justice n’ait pas encore été prononcée ? Cette mesure radicale a pour conséquence d’éloigner la famille de son milieu de vie et en l’occurrence de l’établissement scolaire fréquenté par les enfants, rendant simplement plus difficile et plus pénible leur vie quotidienne. Par ailleurs, ces mesures ont un coût, puisque ces familles sont hébergées dans un centre de transit, alors qu’elles pourraient continuer de vivre à leur domicile. Dès lors qu’elles ne sont pas un danger pour la société, comment justifiez-vous de les enfermer ou des déplacer ?

Comme vous le savez, les enfants sont nés ici et ont donc toujours fréquenté une école de la région. Ils sont dès lors, pour leurs enseignants et pour leurs camarades des élèves de l’école au même titre que les autres et font partie intégrante de la communauté, comme peuvent en témoigner leurs proches, voisins et amis. Pourquoi dès lors abréger manu militari leur année scolaire entamée depuis plus d’un trimestre ? Si une décision négative devait être rendue, n’est-il pas envisageable de trouver des accommodements afin de les laisser terminer leur année scolaire entamée ? Vous avez déjà été interpellé à ce sujet par la direction de l’enseignement catholique flamand, qui s’inquiète elle aussi des conséquences sur ces procédures d’expulsions d’enfants ayant lieu au beau milieu de l’année scolaire, et sans que les écoles concernées en soient préalablement averties.

Compte tenu de ces éléments, nous vous demandons :

• concernant la famille Kadrija, de tenir compte du temps passé en Belgique avec leurs enfants, de leur intégration au sein de la communauté et du niveau de langue de leurs enfants afin d’examiner ou de réexaminer leur demande d’asile d’un point de vue humain et positif ;
  
• concernant les expulsions d’enfants demandeurs d’asile, de vous conformer résolument à la convention des Droits de l’Enfant ratifiée par la Belgique, pays dont vous êtes l’un des représentants officiels, et de permettre aux enfants demandeurs d’asile, quelque soit l’issue de leur demande, de terminer leur année scolaire entamée en Belgiqueet à tout le moins de travailler en collaboration avec leur établissement scolaire et leur environnement éducatif afin que toutes les dispositions soient prises pour atténuer et organiser au mieux la fin éventuelle de leur séjour en Belgique.
  

 Nous vous remercions d’avance pour votre attention.

 Zotërinj,

 Jemi njoftuar përmes shtypit, më 12 janar, për arrestimin dhe vendosjen e familjes Kadrija në një shtëpi tranziti. Kjo familje është në Belgjikë për 8 vite.

 Tre fëmijët e tyre, Klejdis (11), Kejda (9) dhe Sara (3), kanë vijuar mësimet në një shkollë në Oudenaarde.

 Ata janë sigurisht folës holandez dhe kanë shumë miq në shkollën e tyre.

 Prindërit e tyre kishin bërë një ankesë kundër vendimit negativ të kërkesës së tyre për azil, procedura e së cilës ishte, sipas shtypit, ende në shqyrtim, pasi vendimi i ankesës nuk ishte akoma i shqiptuar.

 Aktualisht, vetëm me vullnetin e fqinjëve ata mund të vazhdojnë të ndjekin shkollën e tyre, e cila tani është 70 kilometra larg nga strehimi i tyre i përkohshëm.

 Ne jemi të shqetësuar si qytetarë belgë, se familjet që kanë jetuar në vendin tonë për shumë vite të integruar dhe fëmijët e të cilëve flasin gjuhën në mënyrë të përsosur, gjenden nën kërcënimin e dëbimit nga dita në ditë. Mendojmë se politika juaj bazohet në zbatimin e rreptë të ligjit dhe neve na mbetet të shpresojmë që administrata të merr parasysh udhëtimin dhe integrimin e familjes, si dhe të ketë zbutje të këtyre vendimeve administrative.

 Megjithatë, si e justifikoni ju që familjet gjenden në qendër tranziti edhepse vendimi i gjykatës ende nuk është marrur?

 Kjo masë radikale ka për qëllim largimin e familjes nga mjedisi i tyre shtëpiak dhe në këtë rast nga shkolla ku fëmijët kanë vijuar mësimin, thjesht duke e bërë jet&a